Neuzen dezelfde kant op – Opbrengsten van het project Fauna in Evenwicht
De balans tussen natuur en landbouw is cruciaal in de zoektocht naar een duurzame voedselketen. Gewasschade door dieren wordt een steeds groter probleem. Om de balans tussen duurzame voedselproductie en gezonde ecosystemen te herstellen is in 2021 het project Fauna in Evenwicht gestart. Dit project heeft als voornaamste doel om gezamenlijk sector-overstijgende oplossingen te vinden voor gewasschade veroorzaakt dieren die in het wild leven. Daarbij heeft het project een specifieke focus op het groeiende probleem van schade door ganzen en duiven. In dit blog lees je wat het project heeft opgeleverd.
Wat als de gans zich wel erg thuis voelt?
Vijf telers stonden aan de start van Fauna in Evenwicht. Zij zagen in de praktijk hoe de balans zoek was geraakt en wilden ermee aan de slag. Roel Bakker is een van die telers en voorzitter van de stuurgroep. Toen hij ongeveer 20 jaar geleden begon als teler, was er vrijwel geen sprake van ganzenschade. Door de tijd heen heeft hij dit zien veranderen. “Het is de laatste jaren zo’n groot probleem geworden, dat je eigenlijk niet meer kán telen. In 2019 ben ik zoveel oogst verloren aan gewasschade! Ik wilde breder met het probleem aan de gang. Toen is het idee voor het project gekomen, waarin we samen gebiedsgericht kijken hoe we met de toenemende hoeveelheid ganzen en gewasschade om kunnen gaan.” Gewasschade is niet alleen heel vervelend voor telers, die daarvoor financieel deels wel gecompenseerd worden. Ook bijvoorbeeld voor afnemers die door de schade minder voorspelbare toevoer van de dagverse producten hebben. Maar daarnaast heeft het ook een duurzaamheidsgevolg. Zo benadrukt een andere teler. “Er heeft toch een bepaalde milieubelasting plaatsgevonden ten behoeve van gezond voedsel. Als de oogst vervolgens deels mislukt heb je meer grond en overige input nodig om dezelfde hoeveelheid voedsel te krijgen.”
Ieder voor zich werkt niet
De huidige werkwijze om gewasschade door wilde dieren te voorkomen is voornamelijk heel individueel. Iedere teler neemt preventieve maatregelen op diens eigen percelen. Maatregelen die elk voor èn nadelen hebben, zoals het plaatsen van netten over de gewassen heen. Dit zorgt ervoor dat ganzen niet, of minder, bij de gewassen kunnen komen, maar óók dat andere weidevogels niet meer op het perceel kunnen leven. “En die weidevogels willen we juist beschermen.” zegt een van de telers. Ook heeft onkruid onder de netten de vrije hand, en dat heeft weer gevolgen voor de groei van de gewassen. De faunabeheerders, die voor verjagen, of de eindoptie van bejagen, kunnen worden ingezet, werken met eigen telers samen. Zij werken dus op specifieke percelen en niet op de ernaast liggende percelen. Verjagen is daardoor niet altijd effectief; Wanneer de gans van het ene perceel wordt verjaagd, verplaatst het probleem naar de percelen van de buurboer. Het verstoorde evenwicht door de grote aantallen ganzen blijft dan in het gebied een probleem. Een probleem waar niet alleen telers de dupe van zijn, maar ook diersoorten in die er leven.
Om samen te kunnen werken is inzicht in het netwerk cruciaal
Fauna in Evenwicht is gestart als onderzoeksproject om meer gebiedsgericht samen te werken aan oplossingen. Al snel werd duidelijk dat als eerste stap vooral het netwerk en de samenhang in het gebied eens goed in kaart moest worden gebracht. Er was weinig duidelijkheid bij de partijen over wie waarmee bezig was. Daardoor liepen acties langs elkaar heen: “Er was veel onbegrip en iedereen wees naar elkaar.” De FBE (Fauna Beheereenheid), WBE (Wild Beheereenheid), grondgebruikers (telers), grondeigenaren, omgevingsdienst, Bij12, provincie, landschapsbeheerders en LTO (Land- en Tuinbouworganisatie) sloten aan. Vollegrondsgroente.net verzorgde de coördinatie en leidde het project. Door het project is er meer communicatie ontstaan, waardoor de verschillende partijen er nu positief in staan om meer sámen de problemen op te lossen. “De gezichten staan na deze 3 jaar nu meer dezelfde kant op. Het is tijd om stappen te maken, om de vruchten te gaan plukken van de samenwerking waarin we elkaar nu weten te vinden en beter begrijpen.” stelt een deelnemende broccoliteler, die vol energie vervolgt: “Wat we nu nodig hebben is een praktische pilot voor het daadwerkelijk in de praktijk bouwen van een goed systeem van werken.”
In het project zijn naast de netwerkvorming al een aantal praktische onderzoeken gedaan. In samenwerking met Vertify is geëxperimenteerd met natuurlijke afweermiddelen, zoals bijvoorbeeld de inzet van knoflook om ganzen uit de buurt van percelen te houden. Helaas bleken de onderzochte methodes nog niet bijzonder effectief en werkbaar.
Tot slot zijn de media vanuit het project benaderd voor meer begrip voor de groeiende uitdaging op het land. Het gewasschadeprobleem is onder de aandacht gebracht verderop in de keten, tot aan de consument toe. Want de consument is misschien minder direct betrokken, maar heeft wél last van de gevolgen en een mening over de aanpak.
Praktisch verder
Nieuw Faunabeheerplan ganzen
Momenteel wordt er een gewerkt aan een nieuw ganzen beheerplan. De faunabeheereenheden Noord-Holland, Zuid-Holland, Flevoland, Utrecht en Zeeland (Dit zijn de provincies waar de ganzenproblematiek het grootst is) werken daarin samen richting één interprovinciaal faunabeheerplan Ganzen 2025 – 2031. Ganzen vliegen immers gewoon over provinciegrenzen heen. Veel partijen worden erbij betrokken. Dat zij elkaar door het project Fauna in Evenwicht beter hebben leren kennen helpt daarbij. Technologie ondersteunt de kansen voor de overgang van individuele maatregelen naar een gezamenlijke aanpak ook. Via de app Faunaspot kunnen agrariërs bijvoorbeeld gemakkelijk schadeveroorzakers in hun percelen melden, en krijgen faunabeheerders inzichtelijke data bij elkaar voor het grotere gebied.
De gans in de voedselketen?
In eerste instantie wordt altijd gekeken naar preventieve maatregelen, zoals het weren en verjagen van ganzen. Als dat niet werkt is het soms nodig om actief de populatie te beheren. Daarbij moet duidelijk zijn dat jacht en schadebestrijding twee verschillende dingen zijn: schadebestrijding is geen plezierjacht, maar noodzakelijk om de balans te herstellen/behouden. Zo blijft voedselproductie mogelijk en wordt de biodiversiteit beschermd. Als dit dan toch nodig is, is het duurzamer om zo’n dier dan ook op te eten. Door de wilde gans een plek in de voedselketen te geven wordt verspilling tegengegaan. Ganzenvlees is bovendien smaakvol en eiwitrijk.
Dit onderwerp stond ook centraal tijdens de Dag van de Wilde Gans in juni 2024 (lees hier meer daarover).
Gerelateerde artikelen
Het project “Fauna in Evenwicht (POP EIP)” is mede tot stand gekomen dankzij een bijdrage vanuit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: “Europa investeert in zijn platteland” en de provincie Noord-Holland. Penvoerder is Vollegrondsgroente.net.