Provincie Noord-Holland neemt deel aan de Publiek Private Samenwerking (PPS) Gewasdiversiteit. In de PPS Gewasdiversiteit wordt de potentie van verschillende vormen van mengteelt onderzocht. Kunnen we naar een op ecologie gebaseerde kringlooplandbouw gaan door toepassing van gewasdiversiteit?
Dit levert risico op een groot oogstverlies op
De huidige productiesystemen voor éénjarige gewassen bestaan uit monoculturen; (vrij) grote percelen vol met één soort gewas. Deze monoculturen hebben een relatief lage biodiversiteit, een hoge druk van ziekten en plagen en een lage weerbaarheid hiertegen. Wanneer er een ziekte of plaag in het gewas ontstaat verspreidt dit zich gemakkelijk over het hele perceel. De lage biodiversiteit betekent dat er weinig natuurlijke plaagbestrijders aanwezig zijn die een plaag in toom kunnen houden of in de kiem kunnen smoren. Dit levert risico op een groot oogstverlies op. Daarom worden veel gewassen bespoten met bestrijdingsmiddelen.
Is de sleutel zo simpel?
Uit onderzoek blijkt dat verschillende soorten gewassen dichterbij of door elkaar zaaien, de weerbaarheid van de gewassen zou kunnen verhogen, de ziektedruk zou kunnen verlagen en zou kunnen zorgen voor een grotere, stabielere opbrengst. Daarnaast wordt de biodiversiteit verhoogd door in zogenaamde mengteeltvormen te werken in plaats van in monoculturen. Dit is niet alleen belangrijk voor natuurlijke plaagbestrijding, maar ook in het algemeen voor een gezond ecosysteem. Ieder organisme vervult daarin namelijk haar eigen rol. Mengteelt kan uit verschillende ruimtelijke samenstellingen bestaan; van volledige menging van 2 of meer gewassen tot menging per rij of in strokenteelten.
De vraag: Hoe groot zijn de effecten van verschillende mengteeltvormen?
..En hoe toepasbaar zijn ze in de praktijk voor de boer?
Er zijn proefpercelen op meerdere plaatsen in het land, waarop in verschillende vormen van menging, en met name strokenteelt, wordt gewerkt. Via monitoring en onderzoek wordt vastgesteld in hoeverre er sprake is van verhoogde gewasweerbaarheid tegen ziekten en plagen, van verhoogde algemene biodiversiteit en een verhoogde ‘resource efficiency’ door de toepassing van deze teeltvormen. Maar ook kijken we naar de kosten en baten van dergelijke teeltvormen voor de boer. Wat is werkbaar? Welke investeringen moeten er worden gedaan? Tegen welke praktische problemen loopt men aan? Het project beoogt de kennis hierover te vergroten. Co-innovatie met individuele, of groepen, telers en maatschappelijke actoren is een belangrijk onderdeel van de PPS.
WUR onderzoeker Dirk van Apeldoorn is alvast enthousiast over de effecten op de biodiversiteit: “In onze onderzoeken hebben we de biodiversiteit in akkerbouw in strokenteelt vergeleken met die in akkerbouw in monocultuur. Daarin zagen we inderdaad effect. Als je kijkt op perceelsniveau, zie je als er bijvoorbeeld tarwe èn aardappel èn kool èn grasklaver staat, dat er een stabieler systeem ontstaat. Sommige dieren reageren sneller dan anderen, dat heeft ermee te maken hoe snel en ver ze zich kunnen verplaatsen. Op pixelteelt reageert de biodiversiteit fantastisch. Pixelteelt zit tussen strokenteelt en echte mengteelt in. Hierbij werk je in een schaakbord van planten en wordt elke plantensoort, net als bij strokenteelt, apart gemanaged. Het wordt op het moment vooral toegepast op de onderzoekspercelen, maar we hebben ook een boer die het doet.”
Het project levert nieuwe kennis op over:
- De effecten van gewasdiversiteit in het algemeen en meer specifiek van strokenteelt op biodiversiteit, weerbaarheid tegen zieken en plagen en resource efficiency
- De kosten en baten van dergelijke teeltsystemen
- De wijze waarop ruimtelijke gewasdiversiteit in functie van kosten en arbeid en effecten op weerbaarheid en biodiversiteit het beste toegepast kan worden (strookbreedte, welke gewascombinaties, mechanisatie etc.)
- Handelingsperspectieven voor de teler om een hogere ruimtelijke gewasdiversiteit het bedrijf toe te passen.
Partners
Wageningen University and Research, Erf B.V., Coöperatie Bionext, Stichting Hemus, Provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant (ook via Zuidwestelijke Delta), Drenthe en Groningen, en ondernemers (akkerbouwers) die deelnemen in verschillende innovatiegroepen
*Omslagfoto: strokenteelt in beeld – Fogelina Cuperus
Lees ook:
WUR Weblog: Meer natuur op akkers door strokenteelt (en verwante artikelen)